In Komt een puber bij de zuster, geeft Tita van der Pot een bijzondere inkijk in het puberleven van kinderen met zeer uiteenlopende achtergronden in de eerste klassen van het voortgezet onderwijs. Op luchtige wijze beschrijft zij haar ervaringen vanuit de toenmalige functie van schoolverpleegkundige bij het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG-Rijnmond).
De indringende, soms grappige maar altijd vertrouwelijke gesprekken laten zien wat er zich onder de oppervlakte kan afspelen, en welke invloed dit op de ontwikkeling van de puber en zijn/haar functioneren op school kan hebben.
Zo heeft Frederique problemen met haar uiterlijk, ziet zichzelf als “gewoon echt lelijk’’ en weet zeker dat plastische chirurgie voor haar de oplossing is. De met zijn geaardheid worstelende Othman doet de brugklas voor de tweede keer. Dit op een nieuwe school waar hij nog geen vrienden heeft gemaakt. Een geprikkelde Lucy moet in de rechtbank praten over bij wie zij het liefste wil wonen. Jason praat zeer open over zijn gewelddadige gezinssituatie waarna hij vele malen moest verhuizen, en verteld Indra over het contact dat zij heeft met haar overleden opa. Iets waar ze vooral haar mond over dicht houdt, zeker op een nieuwe school. Dit is een slechts een kleine greep uit de thema’s die voorbij komen.
Dit boek is een inspirerende aanrader voor iedereen die met pubers werkt of ze in huis heeft!